Culemborg, 15 december 2011
Beste donateurs en vrienden van de Stichting Werkplaats voor de 3e Wereld,
U kent het werk dat vanuit onze werkplaats aan de Anna Blamanweg wordt gedaan: van afvalhout maken en verkopen we allerlei producten waarvan de opbrengst tot de laatste cent gaat naar projecten in Tanzania: het ziekenhuis in Kibangu en de school in Makoka en krottenwijken in de hoofdstad Dar-Es-Salaam. Intussen is het ziekenhuis afgebouwd en ingericht. Ook is er een Operatie Kamer met röntgenapparatuur en alles wat nodig is om operaties uit te voeren. Er zijn twee artsen (van wie er één de komende paar jaar vanuit onze Werkplaats betaald wordt) en er is verpleegkundig personeel.
Onze zorg: hoe blijft het ziekenhuis professioneel draaien?
Via ons netwerk zijn twee mensen van het VU-ziekenhuis in Amsterdam in eigen tijd twee weken in Kibangu geweest en zij maken een onderhouds- en gebruiksplan voor het ziekenhuis. Om dat plan te verwezenlijken zullen de komende jaren andere deskundigen van het VU-ziekenhuis, ook in hun eigen tijd, naar Kibangu gaan om het personeel daar te trainen in het onderhoud van de apparatuur en in management.
Wij hopen en vertrouwen dat door al deze inspanningen het ziekenhuis van Kibangu een blijvend professioneel ziekenhuis zal zijn, waar de mensen uit de sloppenwijken terecht kunnen en de zorg die zij daar krijgen kunnen betalen omdat ook de rijken van Dar-Es-Salaam van dit goede ziekenhuis gebruik maken. De rijken gaan betalen voor de armen. Een structurele oplossing.
Dat alles kost geld. De Stichting Werkplaats voor de 3e Wereld betaalt de reis- en verblijfkosten van deze vrijwillige trainers.
Daarnaast zijn we nog altijd betrokken bij het scholenproject in Makoka. Daarover een andere keer meer.
Wij blijven rekenen op uw financiële bijdrage. De kosten voor deze projecten kunnen niet alleen betaald worden vanuit de producten die wij met onze eigen handen maken. Uw / jullie bijdrage blijft nodig: bankrekening 31 25 46 084 t.n.v. Stichting Werkplaats voor de 3e Wereld. Doet u mee?
Met vriendelijke groet,
Henk en Corrie van Kesteren.